Stel je voor dat een kind niet in staat is om mee te spelen tijdens de speeltijd? Of dat het kind wel mee wil naar een verjaardagsfeestje maar eenmaal hij of zij er is, niet weet hoe zich er te gedragen? Of erger, door andere kinderen links gelaten wordt omdat het nu eenmaal anders reageert op sommige zaken? Dit zijn allemaal voorbeelden van kinderen die problemen ondervinden met hun ‘participatie’.
Jonge kinderen met attention deficit hyperactif disorder (ADHD), autisme spectrum stoornissen (ASS) en developmental coordination disorder (DCD) - onze superhelden - willen vaak participeren maar ervaren allerlei hindernissen om te participeren.
Weinig mensen beseffen hoe groot de impact is op kinderen met ADHD, ASD en DCD en hun gezinnen om niet te kunnen participeren. Ze ervaren als het ware een glazen plafond. In haar doctoraat zocht Marieke mee naar een oplossing, de spreekwoordelijke hamer, om dit glazen plafond te doorbreken. Via 7 studies, werd een hamer gevonden om het glazen plafond te helpen doorbreken. Deze inzichten willen we binnen deze studiedag graag met jullie delen zodat ook jullie mee kunnen helpen, dit glazen plafond te doorbreken.
Take-away message
Jonge kinderen zijn in staat om het begrip participatie te verstaan.
De jonge kinderen die meegedaan hebben, zijn best wel tevreden over hun participatie als ze kunnen spelen, leren en meedoen met familie uitstapjes. Ze ervaren dan vriendschap, voelen zich competent en ervaren dat ze erbij horen.
Kinderen, ouders als hulpverleners hebben een andere blik op participatie. Ieders visie en noden in kaart brengen is dus cruciaal.
De noden van ouders situeren zich vooral op vlak van de context en de omgeving.
Hulpverleners focussen zich vooral op kind factoren maar wensen in de context en omgevingsgericht aan de slag te gaan.
De Vlaamse versie van de Young Children Participation and Environment Measure (YC-PEM) is valide en betrouwbaar om participatie van kinderen tot 6 jaar in kaart te brengen.